Search

Kasteel Keppel

Anno 1300

Het Hommeke

Wapen van de heren van Keppel.
Kasteel Keppel, anno 2000.

De woonplaats van de eerste heren van Keppel ligt waarschijnlijk zo’n drie kilometer ten westen van het huidige kasteel op een gebied dat tegenwoordig het Hommeke of Hombeek heet. Daar lag tot in het recente verleden het amper verhoogde terrein van een ronde burcht, omgeven door een dubbele gracht. Hier zijn resten te vinden van paalgaten van een houten gebouw en de lemen vloer van een keldertje.

Bij een onderzoek van het terrein in 1941-42 worden op het middenterrein de resten gevonden van een stenen gebouw dat er tot in de zestiende eeuw moet hebben gestaan.
Aangenomen wordt dat de eerste heren van Keppel er tot circa 1330 hebben gewoond. In dat jaar trouwt Roderick I van Voorst Ψ met Beatrix van Keppel Ψ en mogelijk heeft dit paar, of hun zoon Sweder III Ψ, besloten een nieuw kasteel op de huidige plek te bouwen.
In 1497 wordt het Hommeke in leen uitgegeven en sindsdien is het in particulier bezit. In 1713 wordt het Hommeke opnieuw bij Keppel gevoegd. Helaas is door grondverbetering niets meer van het Hommeke te zien.

Een nieuw huis

Donjon van kasteel Keppel, anno 2000.

De heren van Keppel hebben een mooie plek voor hun nieuwe kasteel gekozen. Het ligt, net als het Hommeke, strategisch tussen Liemers (deels Kleef) en Gelre. Het kasteel is gebouwd op een eiland in de Oude IJssel, met daarop ook het stadje Laag-Keppel.
Kasteel Keppel heeft een eeuwenlange bouwgeschiedenis achter de rug. In de kelder zijn nog restanten te zien van de donjon, een grote vierkante toren, die omstreeks 1300 is gebouwd. Waarschijnlijk bestaat het kasteel uit een weermuur met een binnenpleintje, waar later een uitbreiding met onder meer een poortgebouw wordt gerealiseerd.

Meer comfort

In de veertiende eeuw is zoals bij veel kasteelbewoners uit die tijd behoefte aan meer comfort. Om hierin te voorzien wordt een vleugel aan de donjon geplakt. De fundamenten van dit deel bestaan nog steeds en de huidige IJsselvleugel is erop gebouwd.
De bewoners vinden in de tweede helft van de vijftiende eeuw dat er niet genoeg ruimte is. Zij bouwen de zaalvleugel en de oostelijke hoektoren, waar tegenwoordig de ridderzaal is gesitueerd. Door deze bouwactiviteiten wordt het kasteel gesloten en heeft het een (bijna) vierkant grondplan gekregen.

Kasteel Keppel, anno 1730 (Cornelis Pronk).

Oorlogsschade

Kasteel Keppel heeft er niet altijd zo vredig bij gelegen als tegenwoordig het geval is. Geregeld is het kasteel het centrale middelpunt van een grimmiger decor. De bewoners bemoeien zich actief met de Gelderse politiek en dat loopt niet altijd goed af. Belegeringen veroorzaken menigmaal schade aan het kasteel.
Zo wordt het in 1361 door hertog Eduard van Gelre Ψ ingenomen, totdat Sweder III van Voorst en Keppel zijn eigendom herovert. In 1502, 1505 en 1506 heeft het kasteel veel te lijden van belegeringen. De strijd tussen en de Bourgondische hertogen woedt dan volop.

Platgebrand in 1510

Fundamenten van kasteel Keppel (Rijksdienst Monumentenzorg).

Als Karel van Gelre Ψ in 1510 enkele klinkende overwinningen behaalt in het Oversticht reageren Utrechtse troepen zich af door kasteel Keppel in te nemen en plat te branden. Frederik VII van Rechteren Ψ krijgt zijn kasteel geruïneerd terug en vangt aan met de omvangrijke herstelwerkzaamheden. Hierbij wordt het poortgebouw vergroot en waarschijnlijk ook de uitgebouwde arkeltoren links van de ingang aangebracht. In 1516 wordt er blijkbaar nog steeds gebouwd, want dan valt Frederik van een steiger. Een echt middeleeuws kasteel wordt Keppel steeds minder, want na de Middeleeuwen worden er nog meer verbouwingen gepleegd. Het grondplan zal echter niet meer wijzigen, zodat kasteel Keppel zijn middeleeuwse karakter zal behouden.

Literatuur

  1. Wapenboek der Ridders van de Duitse Orde, mr. W.J. baron D’Ablaing van Giessenburg,
    C. van Doorn en zoon, ‘s-Gravenhage, 1871.
  2. Wapenboek van den Nederlandschen Adel, J.B. Rietstap,
    J.B. Wolters, Groningen, 1887.
  3. De wapens van den tegenwoordigen en den vroegeren Nederlandschen Adel, J.B. Rietstap,
    J.B. Wolters, Groningen, 1890.
  4. Gelderse kastelen, Evert Zandstra,
    Van Loghum Slaterus, Arnhem, 1958.
  5. Ministerialiteit en ridderschap in Gelre en Zutphen, Jonkvrouwe Dr. J.M. van Winter,
    S. Gouda Quint – D. Brouwer en zoon, Arnhem, 1962.
  6. Middeleeuwse kastelen van Gelderland, F.M. Eliëns en J. Harenberg,
    Uitgeverij Elmar B.V., Rijswijk, 1984.
  7. Kastelen in Oost-Gelderland, Jan Harenberg,
    Walburg Pers, Zutphen, 1993.
  8. Drostambt en schoutambt – De Gelderse ambstorganisatie in het kwartier van Zutphen (ca. 1200-1543), Jan Kuys,
    Uitgeverij Verloren, Hilversum, 1994.
  9. 1000 jaar kastelen in Nederland, H.L. Janssen, J.M.M. Kylstra-Wielinga, B. Olde Meierink (redactie),
    Uitgeverij Matrijs, Utrecht, 1996.
  10. Kasteel Keppel, Jan Harenberg,
    Vrienden Part. Historische Buitenplaatsen i.s.m. Canaletto/Repro Holland, Alphen a.d. Rijn, 1997.

Gegeven in den jair ons Heren, doen men screeff MM ende I op Heilige Hieronymus Emiliani dach, dat was op ten achtsten dach der maent van Februarii.