De Graafschap in de Middeleeuwen

Search

Werner VI van Haspengouw (955-973)

Graaf van Haspengouw

Een raadselachtig figuur

De in dit hoofdstuk opgevoerde Werner is een raadselachtig figuur. Hij schijnt van voorname afkomst te zijn, maar zijn afkomst is nooit volledig opgeklaard. Op deze website wordt getracht hem in een familaire context te plaatsen. De schaarse literatuur die over hem bestaat, schrijft hem het graafschap Haspengouw (Hasbania) toe.

Het Nederrijnse gebied in de negende eeuw (klik voor een grote kaart).

Haspengouw ligt op de gouwkaart ten zuiden van Toxandrië. In de tiende eeuw wordt de grote karolingische gouw langzamerhand opgedeeld in meerdere graafschappen, waaronder Avernas, Condroz, Hufte, Huy, Leuven en Namen. In de elfde eeuw zal uit Hufte het graafschap Looz ontstaan. De rest zal opgaan in het hertogdom Brabant. De oude naam Hasbania wordt tegenwoordig nog teruggevonden in de streeknaam Haspengouw.
Werner is voor de website niet van enig belang ontbloot, omdat vermoed wordt dat hij de naamgevende voorvader is van Werner I van Zuid-Hamaland Ψ.

Relatie met Reginaren?

Dit ambtsgebied zou Werner binnen de verwantschap van de Reginaren plaatsen, want Reginar I ‘Langhals’ Ψ wordt al in de negende eeuw de jurisdictie in dit graafschap toegeschreven. De geschiedenis van de Reginaren in hertogdom Lotharingen is helaas onoverzichtelijk en er worden nogal eens wat gebieden verloren en gewonnen. Daarnaast is de naam ‘Werner’ onbekend onder de nazaten van Reginar I. Werner kan dus niet zo maar een plek binnen deze familie gegeven worden.
Persoonlijke gegevens over de mysterieuze Werner zijn ook schaars. Het enige feit dat bekend is, is dat hij in 973 samen met zijn broer Reinald (Reginzo) Ψ sneuvelt in Péronne (Henegouwen) in een schermutseling met Reginar IV van Henegouwen Ψ en Lambert I van Leuven Ψ. Zij zijn daarmee de eerste slachtoffers van de dadendrang van de Reginaren die tijdens het machtsvacuüm een terugkeer in Lotharingen proberen af te dwingen. Een argument te meer om Werner niet in de familie der Reginaren te plaatsen. Een ander scenario ligt meer voor de hand.

Andere graven in de Haspengouw

In 946 wordt een zekere Rudolf als graaf in de Haspengouw genoemd, in 982 een Erenfried en daarna in 1016 een Arnulf. Tussen Rudolf en Erenfried is plaats genoeg voor een Werner.
Rudolf Ψ is naar alle waarschijnlijkheid een zoon van Reginar II Ψ. Rudolf wordt na de opstand in 957 uit Lotharingen verbannen. Te verwachten is dat de grafelijke positie in Haspengouw vrij valt en dat de vacature door Werner wordt ingevuld.

De opvolger van Werner is dan Erenfried. Erenfried wordt vaak vereenzelvigd met Erenfried III, bijgenaamd Ezzo, de fameuze paltsgraaf aan de Rijn. Een identificatie met een familielid van Rudolf ligt meer voor de hand. Bijvoorbeeld één van de gelijknamige graven uit het eerste Kleefse gravenhuisImmed II Ψ, een neef van Rudolf. Na het overlijden van Immed II en de minderjarigheid van diens zoon Diederik I Ψ, komt of Arnulf III van Kamerijk Ψ of misschien Arnulf III van Florennes in aanmerking om Immed II op te volgen. Beide zijn ook familie van Rudolf. De voorkeur gaat hier echter uit naar Arnulf III van Kamerijk.

Arnulf III van Kamerijk is een loot aan het verdreven Kamerijkse gravenhuis en is waarschijnlijk mede door toedoen van zijn broer Balderik IIΨ, bisschop van Luik, aangesteld in de Haspengouw. Na de dood van Arnulf III in 1040 wordt de Haspengouw aan het bisdom Luik gegeven. De aanspraken van Arnulf III op de Haspengouw zijn wellicht terug te voeren op het huwelijk van zijn grootvader Arnulf I met Bertha Ψ, een dochter van Nevelung van Betuwe. De Haspengouw is in de loop der tijd uiteen gevallen in verschillende graafschappen waarvan tussen 985 en 995 Ansfried (III) Ψ in ieder geval Condroz en Huy onder zijn hoede krijgt.

Wie is Werner?

Noot 1

De grote vraag is nu; wie is Werner? Het antwoord is; dat is helaas niet duidelijk. Volgens Jackman trouwt Werner halverwege de tiende eeuw waarschijnlijk met Gerberga Ψ, dochter van graaf Meginhard IV van Hamaland Ψ. Zij is een halfzuster van Wichman (IV). Hun nageslacht zal binnen twee generaties strijden om de opvolging in het graafschap Hamaland, wanneer dit grafelijke ambt in 1024 vacant komt. Daarnaast vermoedt Jackman dat Werner VI in 973 Wichman (IV) opvolgt als markgraaf van Frisia. Deze hypothese is om op het forum vermelde redenen hier niet overgenomen. Over wie Werner nu precies is, bestaat helaas nog geen consensus.

Vooralsnog wordt op deze website aangenomen dat Werner VI uit de Salische familie stamt. Volgens Hlawitschka is Werner de vader van Godila van Rothenburg. Hier wordt hij gepositioneerd als een broer van Koenraad ‘de Rode’ Ψ, hertog van Lotharingen. Daarmee wordt hij de zesde Werner in de reeks: Werner VI Ψ. Ook is mogelijk dat Werner VI een neef is van Koenraad ‘de Rode’. Radicaal andere oplossingen mogen ook niet uitgesloten worden. Verder onderzoek is nodig om definitief uitsluitsel te geven over de identiteit van Werner VI, als het ooit al wordt opgelost.
Godila trouwt eerst met Lothar IV, graaf van Walbeck en markgraaf van Noordmark en wanneer deze in 1003 overlijdt hertrouwt ze in 1007 met Herman II Ψ, graaf van Werl. Uit het eerste huwelijk krijgt ze vijf kinderen: Werner Ψ, Berthold Ψ, Diederik Ψ, Brigitta Ψ en Lothar (V) Ψ. Uit het tweede huwelijk krijgt ze twee kinderen: Rudolf (II) Ψ en Mathilde Ψ.

De onbekende dochters

Naast Godila worden er nog andere dochters aan Werner VI toegedicht. De eerste van naam onbekend gebleven dochter Ψ van Werner VI trouwt met Richwin van Verdun Ψ. Zij krijgen een zoon die Godizo Ψ, wordt genoemd. Hij is beter bekend als Godizo van Aspel.
Een tweede onbekende toegeschreven dochter Ψ trouwt in 915 met Meingaud Ψ (Megingoz of Manegold), een neef van zijn naamgenoot Megingoz van Gelre Ψ. Meingaud stamt uit het Konradijnse huis Nellenburg en wordt later graaf in Ladengouw, Maingouw en Zurichgouw. Meingaud en de onbekende dochter krijgen drie kinderen: Burchard Ψ, Eberhard (V) Ψ en Werner (I). Deze Werner I treedt aan het begin van de elfde eeuw op als ‘onze’ Werner, graaf in Zuid-Hamaland.

Literatuur

  1. E. Hlawitschka, Die Anfänge des Hauses Habsburg-Lothringen, Veröffentlichungen der Komission für saarländische Landesgeschichte und Volksforschung, Saarbrücken, 1969, p97, 101.
    K.H. Schreiber, Mittelalterliche Genealogie im Deutschen Reich bis zum Ende der Staufer (MGDRES), Werl, Godila von Rothenburg, Herman II.
    K.H. Schreiber, MGDRES, Walbeck, Lothar III.
  2. Pagus und Comitatus in Niederlothringen, Ulrich Nonn,
    Ludwig Röhrscheid Verlag, Bonn, 1983.
  3. The Konradiner, Donald C. Jackman,
    Vittorio Klostermann, Frankfurt am Main, 1990.
  4. Die Grafen von Hamaland und Zutphen, Ralf G. Jahn,
    Geldrischer Heimatkalender, vol. 1992, 1992.
  5. Frieslands oudheid – Het rijk van de Friese koningen, opkomst en ondergang, H. Halbertsma
    Uitgeverij Matrijs, Utrecht, 2000.
  6. German counties, Donald C. Jackman. (momenteel offline)
  7. Mittelalterliche Genealogie im Deutschen Reich bis zum Ende der Staufer, Karl-Heinz Schreiber.

Gegeven in den jair ons Heren, doen men screeff MM ende IV op Pinksterdach.