Ansfried (III) van Utrecht, 'de Jongere'

940 - 1010  (70 jaar)

• Naam	Ansfried (III) van Utrecht
  Achtervoegsel	'de Jongere'
  Geboorte	935 - 940  [1]
  Geslacht	Mannelijk
  Occupation	Graaf van Altena  [1]
  Occupation	Graaf van Bommel  [1]
  Occupation	Graaf van Condroz  [2]
  Occupation	Graaf van Heusden  [1]
  Occupation	Voogd van Gembloux  [3, 4]
  Occupation	961  [3]
  	Zwaarddrager van OTTO I
  Occupation	985  [1, 3, 5, 6, 7, 8]
  	Graaf van Huy
  Occupation	985  [9, 10]
  	Graaf van Inferior Maasgouw
  Occupation	van 995 tot 1010  [1, 3, 5, 11, 12]
  	Bisschop van Utrecht
  Overlijden	03-05-1010	Klooster Hohorst   [1, 3, 7, 11]
  Persoon-ID	I2217	Onderzoeksdatabase
  Laatst gewijzigd op	26 mrt 2017

  
  

  Vader	Lambert van Maasgouw,   geb. 890
  Moeder	Adela,   geb. 900
  Huwelijk	J  [1]
  Gezins-ID	F1094	Gezinsblad  |  Familiekaart

  
  

  Gezin	Hereswint van Strijen   ovl. 992 - 995, Gilzep (Breda)
  Huwelijk	J  [1, 3, 7, 11, 13]
  Kinderen	1. Benedicta van Thorn   ovl. 1010
  Gezins-ID	F1092	Gezinsblad  |  Familiekaart

  
  

• Bronnen

  [S22] R.G. Jahn, JAHN_1992, (Heimatkalender, 1992). [S50] U. Nonn, NONN_1983, (Ludwig Röhrscheid Verlag, 1983), 241. [S45] Diverse auteurs, ES-XVII_1998, (Vittorio Klostermann, 1998). [S133] J.M. van Winter, WINTER_1981b, (In: Naamkunde, Jg. 13, 1981), 59. [S185] H.H. Jongbloed, JONGBLOED_2006b, (Annalen des Historischen Vereins für den Niederrhein, Heft 209, 2006), 40. [S48] H. Halbertsma, HALBERTSMA_2000, (Uitgeverij Matrijs, 2000), 109. [S63] B. Aarts, AARTS_1992, (http://www.historietilburg.nl/thr/thr1.Aarts.htm). [S60] Th. van Rheineck Leyssius, RHEINECK_1931, (De Nederlandsche Leeuw, XLIX / 1931). [S50] U. Nonn, NONN_1983, (Ludwig Röhrscheid Verlag, 1983), 62. [S59] H. Obreen, OBREEN_1932, (De Nederlandsche Leeuw, L, 1932). [S4] K.H. Schreiber, MITT-GEN_WEB, (http://www.manfred-hiebl.de/genealogie-mittelalter/), Immedinger. [S26] B. Aarts, AARTS_1999, (Tussen de Voorn en Loevestein nr. 106 / okt 1999). [S141] P.G.F. Vermast, VERMAST_1949, (De Nederlandsche Leeuw, LXVI , nr. 9-10 / 1949), 273.