De Graafschap in de Middeleeuwen

Search

Gerhard III van Lohn (118?-122?)

Graaf van Lohn

Stichting van klooster Betlehem

Wapen van de graven van Lohn.

Tussen 1184 en 1190 volgt Gerhard III Ψ zijn vader Godschalk II Ψ op als graaf van Lohn. Zijn moeder is onbekend. Tijdens zijn regering wordt het klooster Betlehem gesticht.
In zijn kroniek uit de vijftiende eeuw verhaalt Willem van Berchen over een zekere meester Franco, doctor in de heilige godgeleerdheid. In deze kroniek komen ook twee broers ‘van Bredevoort’ voor. Aan het eind van de twaalfde eeuw reist meester Franco naar Doetinchem met de bedoeling om daar een klooster te stichten.

Helaas voor hem blijkt de grond die hij daarvoor wil gebruiken al onder Doetinchemse markegenoten te zijn verdeeld. Meester Franco krijgt van Rudolf II van Steinfurt Ψ en de broers Johan (Jan Ψ) en Herman van Bredevoort Ψ het aanbod om de kerk van Varsseveld over te nemen.
Graaf Hendrik II van Gelre Ψ ziet het klooster liever op zijn grondgebied verschijnen. Varsseveld ligt in Munster en Doetinchem in Gelre. De graaf van Gelre doet alle moeite om meester Franco over te halen in Gelre te blijven. Na in een droom een stem gehoord te hebben besluit meester Franco uiteindelijk toch om op de eerstgekozen plaats het klooster Betlehem te stichten. Aldus Willem van Berchen in zijn kroniek.

Familie uit Bredevoort?

Kasteel Bredevoort in 1606.

Van Gerhard III zijn geen broers of zussen bekend. Maar mogelijk zijn voornoemde broers Van Bredevoort naaste familie.
De traditie om zich te noemen naar het goed dat men bewoont, geeft aan dat Johannus en Herman mogelijk op kasteel Bredevoort resideren. Dit is samen met het stamslot in Lohn het belangrijkste kasteel van het gravengeslacht Lohn. Als bloedverwanten van Rudolf II van Steinfurt behoren de broers tot een adellijk geslacht. Dat zij in staat zijn als afgevaardigden van de graaf van Lohn de kerk van Varsseveld aan te bieden duidt op een verwantschap met de graven van Lohn, want deze bezitten de kerk van Varsseveld. In 1245 schenkt kleinzoon Herman II van Lohn Ψ namelijk zijn kerk te Varsseveld aan Betlehem. Voorzichtig kan nu geconcludeerd worden dat Johan en Herman van Bredevoort mogelijk broers zijn van Gerhard III. Bovendien komt de naam Herman later vaker voor als naam van een graaf van Lohn.
Herman van Bredevoort komt ook voor in een oorkonde uit 1200 wanneer hij een huis in Kortenbeke (bij Aalten) kort na of tijdens de stichting aan het klooster Betlehem schenkt.

Zeven kinderen

Gerhard III verwelkomt zeven kinderen. De moeder van al die kinderen is onbekend. De troonopvolger is Herman I Ψ, de tweede zoon wordt Otto Ψ genoemd en de derde Hendrik Ψ. De overige vier kinderen zijn dochters, waarvan slechts enkele namen zijn overgeleverd: Beatrix Ψ en Mechtild Ψ. Beatrix trouwt met Sueder van Ringelberg Ψ en Mechtild met Herman van Munster Ψ. De andere twee dochters trouwen ook, respectievelijk met Werner van Heiden Ψ en Herman I Werenze (Werencen) Ψ.
Tussen 1221 en 1225 is Gerhard III blijkbaar overleden, want dan is Herman I zijn vader als graaf opgevolgd.

Literatuur

  1. Alle de XIV boeken van de Geldersse geschiedenissen, Arend van Slichtenhorst,
    Jacob van Biesen, Arnhem, 1659.
  2. De Heeren van de heerschap Wisch uit de Edele Heeren van dien naam, J.D. Wagner en Jhr. Mr. W.G. Feith,
    De Nederlandsche Leeuw, XLIV, 1924.
  3. Bijdrage tot de geschiedenis van de heeren en de heerlijkheid van Wisch, Jhr. Mr. A.H. Martens van Sevenhoven,
    Bijdragen en Mededelingen Vereniging Gelre, deel XXXIII, S. Gouda Quint, Arnhem, 1930.
  4. Varsseveld, Ds. P. Kuijper,
    In: Bijdragen en Mededelingen deel LVIII, S. Gouda Quint, Arnhem, 1959.
  5. De opkomst van Zutphen, Willem de Vries,
    Van Gorcum & Comp. N.V., Assen, 1960.
  6. Ministerialiteit en ridderschap in Gelre en Zutphen, Jonkvrouwe Dr. J.M. van Winter,
    S. Gouda Quint – D. Brouwer en zoon, Arnhem, 1962.
  7. Bloemlezing uit de historie der gemeenten Aalten, Dinxperlo en Wisch, D.W. Kobes,
    Fa. Gebr. De Boer, Aalten, 1966.
  8. Het graafschap Loon (11de – 14de eeuw), Dr. J. Baerten,
    Van Gorcum & Comp. N.V., Assen, 1969.
  9. Het einde van de horigheid in Twente en Oost-Gelderland 1795-1850, P.G. Aalbers,
    De Walburg Pers, Zutphen, 1979.
  10. Bredevoort een heerlijkheid, J.F.Th. de Beukelaer e.a.,
    Stichting 800 jaar veste Bredevoort, Bredevoort, 1988.
  11. Met het oog op Silvolde, H.L.J. Kolks en B.J. Dorresteijn e.a.,
    De IJsselstroom, 1988.

Gegeven in den jair ons Heren, doen men screeff MCM ende XCIX des Saterdages op sunte Damasus dach, dat was op ten elfden dach der maent van Decembri.